Latifa doorbreekt taboes rond lichaam en seksualiteit

door Lien Willaert

De meeste jongeren hebben heel wat vragen en onzekerheden over seks, relaties en gevoelens. Toch blijven ze vaak op hun honger zitten: met ouders over seksualiteit praten kan of wil niet iedereen, en op school blijft de voorlichting soms nog beperkt tot feitelijke informatie over het voorkomen van zwangerschappen en soa’s. Daarom startte de jonge West-Vlaamse Latifa (22) het Instagramaccount ‘Dear Body’, en geeft ze workshops aan jongeren om taboes rond intimiteit en seks te doorbreken.

Hoe kwam je op het idee om rond deze thema’s te werken?

“Toen ik jonger was hielden thema’s als relaties, seks, gender en seksuele identiteit me al heel erg bezig. Maar thuis kon ik daar niet echt over praten. Ondanks dat ik met mijn zussen op 1 kamer sliep en we altijd al een heel goeie band hebben gehad, bespraken we nooit dingen zoals verliefdheden of lichaamsbeleving. We werden bovendien heel erg beschermd door onze ouders, we mochten bijvoorbeeld nauwelijks uitgaan. Ik merkte dat dat bij heel wat klasgenoten toch een beetje anders lag, en als puber begreep ik dat niet. Nu ik wat ouder ben, kan ik het veel beter kaderen.”

“De seksuele voorlichting op school was de enige bron van informatie die ik had. En natuurlijk ook de vragenrubriek van de Joepie, mijn favoriete stuk in dat magazine (lacht). Op school vond ik de voorlichting heel eentonig en wetenschappelijk. Het ging over menstruatie, hoe word je wel of niet zwanger, wat is veilig vrijen, wat zijn soa’s. Maar ze hadden het niet over relaties, gevoelens, identiteit, gender, consent, grenzen aangeven … Op het moment zelf had ik dat niet echt door, maar als ik er nu aan terugdenk, ontbrak er toen eigenlijk een essentieel onderdeel van seksuele opvoeding.”

“Na het middelbaar studeerde ik vroedkunde, en in mijn laatste jaar besliste ik om iets met die interesse in seksualiteit te doen. Toen is het idee ontstaan voor mijn Instagrampagina Dear Body. Daarmee wil ik cultuurgevoelige taboes rond seks en lichaam bespreekbaar maken. Dat account is in de eerste plaats gericht op jongeren met een migratieachtergrond, want dat is een leefwereld die ik ken, en er bestaat nog niet veel dat specifiek op hun noden en vragen inspeelt. Maar Dear Body heeft nu eigenlijk een heel gemengd volgerspubliek. Het zijn dan ook thema’s die alle jongeren aanspreken.”

“Ik was wel bang van de reacties, want ik ging iets doorbreken in mijn omgeving en in de gemeenschap. Maar mijn ouders, zussen en man hebben me toen echt gepusht om de sprong te wagen. Ze verzekerden me dat het voor hen niet uitmaakte wat mensen zouden denken, en ze geloofden dat ik veel uit de ervaring zou leren. Mijn ouders hebben altijd tegen ons gezegd: als je iets weet of iets kan, dan moet je er iets mee doen, want de samenleving heeft jullie kennis en skills nodig! Dat neem ik ter harte.”

“De bal is pas echt aan het rollen gegaan toen ik me inschreef voor Impact, een programma van de Koning Boudewijn Stichting voor jongeren die zich maatschappelijk willen engageren. Ik schreef een projectvoorstel, met een plan en een doelstelling. Er volgden een paar selectierondes, en uiteindelijk won ik! Toen had ik plots een netwerk en veel interessante contacten. Dat gaf me echt een kickstart om ook vormingen en workshops te kunnen geven over seksualiteit en cultuurgevoelige taboes.

Hoe loopt het project nu?

“Het is nu iets meer dan een jaar sinds de opstart, en het gaat echt goed. Er komen heel veel vragen en positieve reacties op de Instagrampagina. Ik word regelmatig uitgenodigd door verenigingen, vaak meisjeswerkingen en vrouwengroepen van mensen met een migratieachtergrond, om een workshop of een vorming te komen geven. En scholen contacteren mij om seksuele voorlichting te komen geven in hun klassen.”

Leerkrachten missen echt handvaten om RSV (relationele en seksuele voorlichting) te geven. Enerzijds is de samenstelling van de klassen enorm veranderd over de laatste jaren. In zo’n groepen leven dan een aantal taboes, en bij leerkrachten heerst er vooringenomenheid, onzekerheid tot zelfs angst om daarmee aan de slag te gaan. Anderzijds zijn de eindtermen voor het vak ook erg geëvolueerd: inhoudelijk gaat het nu veel breder dan anatomie en anticonceptie. Om die 2 redenen neem ik dus soms die lessen over. Bovendien durven de leerlingen aan mij meer vragen te stellen, ze zijn minder gespannen en dat zorgt voor een leuke, lossere sfeer.”

“Soms coach ik ook de professionals: leerkrachten en zelfs directies. Zij hebben vaak heel specifieke vragen, zoals onlangs een paar sportleerkrachten die het heel lastig vinden dat de jonge moslima’s in hun klassen niet mee gaan zwemmen als ze hun regels hebben. Ze begrijpen niet dat die meisjes geen tampon willen gebruiken. Daar was ik zelf vroeger ook bang voor, dus ik leg hen dan uit waarom dat dat soms moeilijk ligt en hoe ze eventueel het gesprek kunnen aangaan.”

Hoe pak je die groepsgesprekken en lessen aan?

“Het begin is dikwijls wat onwennig. Daarom probeer ik het luchtig en ludiek te maken, en hippe methodieken te gebruiken. We zitten altijd in een cirkel, en werken rond casussen, met spelletjes en leuk beeldmateriaal. Ik let erop dat ik zelf niet teveel praat, en dat er vooral veel inbreng is van de jongeren zelf. Dat vind ik heel belangrijk.”

“In meisjeswerkingen, bijvoorbeeld van meisjes met een islamitische achtergrond, komen er vaak heel persoonlijke vragen naar mij toe. Daar ga ik meestal wel op in. Zo vragen ze mij wel eens hoe een huwelijksnacht verloopt. Ze verwachten veel van dat moment, en ze willen weten hoe je je man kunt plezieren. Ik durf dat ook om te keren, en vraag hen hoe zij zelf geplezierd willen worden. We hebben het in de marge daarvan ook meer uitgebreid over genderrollen: over geven én krijgen, op verschillende vlakken in een relatie, over ontdekken wat je wil of niet wil, en hoe je je grenzen aan kunt geven.”

“Door me open te stellen, kan ik wel altijd een paar misvattingen de wereld uit helpen. Ik houd altijd in het oog wat er in de groep leeft, en waar ze zich goed bij voelen. Meestal heeft dat wel een grens, en die probeer ik niet te overschrijden. Ik ga een groep niet pushen om over een onderwerp te praten als het echt te gevoelig ligt. Het gevoel van veiligheid gaat voor, anders bereik je helemaal niets.”

Dear Body wordt stilaan bekend bij een breder publiek. Krijg je ook negatieve reacties?

“Ik heb een paar heel activistische volgers, die vinden dat ik nog niet ver genoeg ga in de thema’s die ik behandel. Zij hebben soms een andere aanpak voor ogen. Daarnaast krijg ik ook berichten van heel religieuze mensen, die het niet oké vinden dat ik thema’s bespreek zoals het orgasme en masturbatie. Ze zeggen dat ik jongeren ertoe aanzet om seks te hebben, omdat ik teveel informatie geef. Op sociale media durven mensen helemaal los te gaan in hun reacties: zij zien mij niet en ik ken hen niet. Er is geen filter op wat ze zeggen. In het begin ging ik er op in, maar nu niet meer. Niet iedereen moet het eens zijn met wat ik doe. En ik heb er gewoon ook geen tijd voor!”

“Ik krijg andere reacties die mij veel meer pijn doen. Onlangs verscheen er in De Morgen onder het thema ‘West-Vlamingen in Antwerpen’ een dubbelinterview met mij en mijn zus. Op Facebook volgden toen haatberichten: wij kunnen voor sommigen blijkbaar geen West-Vlamingen zijn. Ik zou me nu wel stoer kunnen voordoen en zeggen dat dat mij niet raakt, maar dat doet het natuurlijk wel, ook bij mijn zussen. Mensen zien ons niet als jonge vrouwen die zich engageren voor de samenleving waarin ze zijn geboren en opgegroeid. Daarvan uitgesloten worden omwille van je afkomst of religie komt hard aan.”

“Dat voelde ik ook heel erg toen ik een hoofddoek begon te dragen. Ik ben de enige van de 4 zussen die er een draagt. Ik ben altijd al de meest rebelse geweest (lacht)! Maar op het werk wordt mij nog altijd gevraagd mijn hoofddoek af te zetten. Mijn vormingen en workshops doe ik mét, en dat is super: dan kan ik gewoon mezelf zijn. Ik wil gewoon aanvaard worden om wie ik ben.”

Tot slot: wie is voor jou een inspirerende vrouw?

“Dat is zonder twijfel mijn oudere zus Warda. Mijn andere zussen zouden hetzelfde zeggen. Zij is altijd al heel geëngageerd geweest, en ze is echt de pionier van de familie: in alles ‘de eerste die’. De eerste die een master deed bijvoorbeeld. Ze toonde ons dat dat kán. Warda is echt een rolmodel en een coach voor ons allemaal, ze is een heel sterke vrouw. En we vinden nog altijd bij haar een luisterend oor voor al onze problemen of vragen. Behalve als het over seks gaat, natuurlijk. Dan kunnen mijn zussen bij mij terecht (lacht)!”

Latifa

Reactie toevoegen

logo viva-svv

De inhoud van de site kan veranderen naargelang je een andere regio kiest.